Welke kortlopende leningen zijn er en hoe boek ik ze?

Kortlopende leningen zijn een soort van kortlopende schulden. Het gaat met andere woorden om leningen waarvan de looptijd korter is dan een jaar. Hieronder vallen echter ook langlopende leningen waarvan een aflossingsdeel binnen het jaar komt te vervallen. Ongeacht het type kortlopend krediet, de redenering is altijd hetzelfde.

Bankkrediet

Een bankkrediet is een toezegging van de bank waarbij je een rekening-courant hebt om tot een bepaalde kredietlimiet geld te lenen of op te nemen (“in het rood staan”). Aan het opnemen zelf zijn er geen formaliteiten verbonden, maar wanneer er geld wordt opgenomen brengt de bank wel rente in rekening. Deze rente is vaak veel hoger dan bij andere kredietvormen. Wanneer de rekening een positief saldo heeft, zal de bank een rente betalen die veel lager is dan de verschuldigde rente bij een negatief saldo.

Een rekening-courant is te vergelijken met een kredietrekening. Ook hier kan je dus wanneer je wilt “in het rood gaan”. Het verschil tussen deze twee is vooral praktisch: met een rekening-courant is het mogelijk om rechtstreeks betalingen aan derden uit te voeren terwijl een kredietrekening het enkel mogelijk maakt om geld op te nemen.

Kredietkaart

Een kredietkaart maakt het mogelijk om aankopen te doen zonder dat ze meteen betaald hoeven te worden. De betalingen worden veelal op een vast moment in de maand ingehouden. Soms wordt de kredietkaart ook met een rekening-courant gecombineerd. Het rentepercentage is vaak wel veel hoger. Bovendien krijg je meestal met jaarlijkse kosten te maken.

Kortlopende lening

Een kortlopende lening is een lening voor minder dan een jaar. Hierbij is de interest op voorhand afgesproken. De terugbetaling van het kapitaal en de betaling van de interest kan gespreid gebeuren of op de vervaldag van de lening.

In alle bovenstaande gevallen geldt dat er op een vast moment een vorm van krediet wordt verkregen en dat het krediet in de boekhouding moet worden verwerkt. Tussentijds boek je al de interestkosten en op het einde van de rit ook de betaling. Deze redenering is voor alle bovenstaande kredietvormen identiek. We boeken bijvoorbeeld de ontvangst van een krediet van 1.000 euro:

Maandelijks boeken we de te betalen interestkosten:

Op het moment van de betaling, 10 maanden later, boeken we:

Aflossingsgedeelte van langlopende schulden

Onder de kortlopende leningen valt ook het deel van de langlopende lening die dit jaar vervalt. Hierbij moet steeds een deel van de lening aan de huidige aflossingstermijn worden toegewezen. Hiervoor voer je telkens een overboeking uit. Je boekt bijvoorbeeld:

Ook hier wijs je maandelijks de lening toe en boek je op het einde van de rit de betaling van de verschuldigde rente en de aflossing van het kapitaal. Dit proces zal zich blijvend herhalen tot het laatste aflossingsgedeelte van de langlopende schulden. Daarbij is de redenering telkens identiek.